Lijfrente in de bv: zo zit het en dit zijn de voor- en nadelen
Veel dga’s hebben een lijfrente bij de eigen bv. Het uitkeren van lijfrente vanuit je eigen bv heeft een aantal voordelen, maar ook nadelen. Daarover lees je in dit artikel. En over de mogelijkheden om de lijfrente uit je bv te halen en de bv op te heffen.
Uitkeringen door de bv: zo zit het
Veel lijfrenten zijn in een ver verleden gesloten. Toch komt er een moment dat je bv daadwerkelijk uitkeringen moet gaan doen. Volgens de fiscale regels moeten die uitkeringen uiterlijk vijf jaar na je AOW-leeftijd ingaan. Het kan voorkomen dat je bedrijf zelf dan al is verkocht, overgedragen of gestopt. Hopelijk blijf je als dga dan wél achter met een goed gevulde ‘pensioen’ bv.
Je bv kan de (levenslange) uitkeringen aan je verzorgen. Het nadeel is wel dat je als dga (levenslang) aan de bv ‘vastzit’. En de ervaring leert, dat dit vroeg of laat als een last wordt ervaren. Zeker als je ouder wordt, kan de structuur lastiger te overzien zijn. Waarschijnlijk komt dan ook de vraag op: “Kan ik niet van mijn bv af?”.
Lees meer over wat onze financiële planners voor je kunnen betekenen.
Lijfrente uit de bv halen: de mogelijkheden
Het is fiscaal toegestaan om de lijfrente vanuit je eigen bv over te hevelen naar een andere aanbieder. Bijvoorbeeld een bankspaarproduct bij een bank of een lijfrente bij een verzekeraar. Daarbij geldt de voorwaarde, dat je bv de waarde van alle toekomstige uitkeringen daadwerkelijk in geld afstort. Met je bank of verzekeraar spreek je af op welke manier zij de lijfrente uitkeren. Binnen de fiscale spelregels blijkt er vaak genoeg mogelijk!
Soms komt het voor, dat de bv niet voldoende middelen heeft om de hele waarde van de lijfrente af te storten. De Belastingdienst gaat dan meestal toch akkoord met het afstorten van de lijfrente. Zij stellen dan wél als voorwaarde dat je bv al het nog aanwezige vermogen gebruikt voor afstorting van de lijfrente. Ook moet je je bv vervolgens opheffen (liquideren).
Een voorbeeld: lijfrente uit de bv
Peter is 72 jaar en ontvangt sinds een paar jaar een lijfrente-uitkering van zijn bv. De uitkering is € 15.000 per jaar en is levenslang. Het benodigde geld voor alle toekomstige uitkeringen (de lijfrentevoorziening) is actuarieel berekend op € 200.000. De bv heeft alleen nog € 100.000 op de bankrekening en een vordering op Peter van € 20.000.
Peter lost zijn schuld aan de bv af. Vervolgens stort de bv € 120.000 af naar een bankspaarproduct. Met de bank spreekt Peter af, dat hij nog zes jaar een uitkering van € 20.000 per jaar ontvangt. Na de afstorting kan de bv worden opgeheven. Omdat de bv alle middelen heeft afgestort valt het verschil tussen de € 200.000 lijfrentevoorziening en de daadwerkelijke afstorting van € 120.000 onbelast vrij.
Wat zijn de voor- en nadelen afstorten lijfrente?
Het grootste voordeel van het afstorten van de lijfrente en het opheffen van de bv is de administratieve vereenvoudiging. Na afstorting regelt de bank de uitkeringen, daar heb je geen omkijken meer naar. Daarnaast hoeft de bv na opheffing geen jaarrekening meer te maken of aangiften te doen.
Het grootste nadeel is dat het geld daadwerkelijk afgestort moet worden. Dat kun je overigens óók als een voordeel zien: het staat dan immers gereserveerd voor je pensioen!
Meer weten?
Bij ABAB zijn we graag van betekenis. Door kennis te delen, advies te geven en voor inzicht te zorgen. Vraag je je af of je ook de mogelijkheid hebt om je bv op te heffen? Wil je weten wat in je persoonlijke situatie de voor- en nadelen zijn? Onze financieel planners bekijken samen met jou graag de mogelijkheden. Neem voor meer informatie of advies contact op met Mirjam Kraaijkamp, financieel planner, op telefoonnummer 06-12302053 of stuur Mirjam een e-mail.