Vergoedingsrecht bij huwelijkse voorwaarden

De hoogte van de vordering hangt af van het moment van de investering. Heeft de investering vóór 1 januari 2012 plaatsgevonden, dan heeft u een nominale vordering (€100 geïnvesteerd, betekent een vergoeding van €100). Heeft u een investering gedaan op of ná 1 januari 2012? Dan beweegt uw vergoedingsrecht mee met de waarde van het goed waarin u heeft geïnvesteerd (bijvoorbeeld de woning van uw echtgenoot). Het is dan mogelijk dat u minder terugkrijgt dan u heeft geïnvesteerd, als het goed minder waard is geworden gedurende het huwelijk. Als u geïnvesteerd heeft in verbruiksgoederen, die per definitie minder waard worden (bijvoorbeeld een auto), dan blijft het vergoedingsrecht nominaal. Deze regels zijn enkel van toepassing als u met uw echtgenoot onderling of in uw huwelijkse voorwaarden geen afwijkende afspraken heeft gemaakt. 

Maak afspraken over investeringen

In de praktijk worden er veelal geen afspraken gemaakt over hoe het geïnvesteerde (privé)geld wordt verdeeld als het huwelijk onverhoopt eindigt door echtscheiding. Dat kan voor nare verrassingen zorgen. Naarmate het huwelijk langer duurt, wordt het steeds lastiger om aan te tonen welk vermogen aan wie van de echtgenoten toebehoort. Bij onduidelijkheid zal er een schatting gemaakt moeten worden. Wij adviseren u dan ook om investeringen in goederen van uw huwelijkspartner goed te administreren.

Een voorbeeld:

1. Als uw echtgenoot de schuld aflost die is aangegaan bij de koop van uw woonhuis, heeft hij/zij daarmee recht op de gehele waarde van het huis. U bent als eigenaar daarmee ook uw aanspraak op de eventuele meerwaarde kwijt.
2. U heeft een bv opgericht en uw echtgenoot heeft de volstorting van de aandelen bij de oprichting gefinancierd. Tien jaar later volgt de echtscheiding en zijn de aandelen veel meer waard geworden. Uw echtgenoot heeft dan recht op de gehele waarde van de aandelen.

Afzien van de vergoedingsvordering

U kunt onderling afwijken van de in de wet voorgeschreven omvang van de vergoedingsvordering en daar zelfs van afzien. Een specialist kan u hierbij ondersteunen. Als het recht op de vergoeding al is ontstaan, moet u voorzichtig zijn met het afzien van deze vergoedingsvordering. De Belastingdienst kán daar namelijk een schenking in zien. 

Meer informatie

Bij ABAB zijn we graag van betekenis. Door kennis te delen, advies te geven en voor inzicht te zorgen. Wilt u meer weten over vergoedingsrechten en huwelijkse voorwaarden? Neem contact op met Maartje Nolte, jurist personen- en familierecht, via telefoonnummer 076-5438062 of stuur Maartje een e-mail.