Ondernemersverenigingen en contributies

Veel ondernemersverenigingen behartigen de algemene belangen van hun leden. Daarom worden zij voor deze activiteiten niet als btw-ondernemer beschouwd. Dit komt doordat de inkomsten - vaak in de vorm van contributies - niet belast zijn met btw. Deze niet btw-belaste contributies leiden er toe dat een ondernemersvereniging niet-economische activiteiten verricht. Hierdoor is de btw op kosten voor deze niet-economische activiteiten niet aftrekbaar.  

Tóch recht op btw-aftrek?

Leden van ondernemersverenigingen hebben vaak wél recht op btw-aftrek. Zij verrichten btw-belaste prestaties waardoor zij de btw op gerelateerde kosten kunnen aftrekken. Gaan ondernemers samenwerken of sluiten zij zich aan bij een ondernemersvereniging? En is de bijdrage (contributie) van de leden niet btw-belast? Dan kan een ondernemersvereniging de btw op kosten niet aftrekken, terwijl de leden de btw op bepaalde kosten wél had kunnen aftrekken. Met andere woorden, de btw wordt een kostenpost bij ondernemersverenigingen die leden hebben en contributies zonder btw (moeten) factureren.

Goedkeuring staatssecretaris

Veel branches worden geconfronteerd met dit ‘btw-probleem’ en zoeken naar een oplossing. De staatssecretaris heeft daarom voor ondernemersverenigingen een goedkeuring opgenomen waardoor zij toch de btw op kosten kunnen aftrekken. Het is hierbij belangrijk om strikt te voldoen aan de volgende voorwaarden:

• De goedkeuring geldt alleen voor verenigingen die de zakelijke belangen van ondernemers behartigen en waarbij uitsluitend ondernemers en/of ondernemersverenigingen zijn aangesloten.
• Alleen de btw die niet toerekenbaar is aan prestaties waarvoor de vereniging kwalificeert als ondernemer, komt voor aftrek in aanmerking.
• De btw is alleen aftrekbaar als de aangesloten ondernemers de kosten voor goederen en diensten feitelijk dragen.
• De aangesloten ondernemers zouden de btw in aftrek kunnen brengen als de goederen en diensten rechtstreeks aan hen geleverd worden. De vereniging moet dit wel bij de Belastingdienst kunnen aantonen. Dit geldt zowel voor het recht op aftrek als voor de groep van ondernemers die het betreft.

De staatssecretaris heeft in de goedkeuring de zin “uitsluitend ondernemers en/of ondernemersverenigingen zijn aangesloten” verduidelijkt. Alle (rechts)personen die een formele binding hebben met de vereniging en die direct of indirect een contributie (financiële bijdrage) betalen, moeten btw-ondernemer zijn. Zorg er dus voor dat uw betalende (voormalige) leden actief btw-ondernemer zijn. Houd goed bij of uw (oud)leden btw-geregistreerd zijn en pas uw statuten aan met betrekking tot de contributies.

Stel de aftrek van uw btw veilig

Ondernemersverenigingen hebben dus toch de mogelijkheid om btw af te trekken voor kosten die zij maken voor het algemeen belang voor hun (oud)leden. De achterliggende gedachte van deze goedkeuring is dat veel leden (ondernemers) de btw op dergelijke kosten kunnen aftrekken. Het is dus belangrijk voor ondernemersverenigingen met niet btw-belaste contributies om te weten óf zij voldoen aan de voorwaarden voor btw-aftrek en hoe ze dit kunnen bereiken. De voorwaarden zijn scherp geformuleerd en worden strikt nageleefd door de Belastingdienst. U wilt er zeker van zijn dat uw ondernemersvereniging aan alle voorwaarden voldoet. De aftrek van btw wilt u immers veilig stellen. En u wilt geen discussie(s) met de Belastingdienst.

Meer weten?

De btw-specialisten van ABAB hebben ruime ervaring met deze goedkeuring. Voorkom vervelende verassingen en laat u goed adviseren. Neem contact op met Jason Vollering, senior belastingadviseur, via telefoonnummer 0165-531320 of stuur Jason een e-mail.