Nog een lange weg te gaan naar de circulaire economie
Ondanks vele initiatieven en goede bedoelingen lijkt de circulaire economie nog niet dichterbij te komen. De wereldeconomie is de laatste zes jaar zelfs minder circulair geworden. Het hergebruik van materialen daalde van 9,1 naar 7,2%. Dat valt te lezen in het Circularity Gap Report 2023.
Integrale Circulaire Economie Rapportage
Naast het Circularity Gap Report kennen we in Nederland de Integrale Circulaire Economie Rapportage (ICER 2023). De ICER schetst de voortgang van de transitie naar een circulaire economie in Nederland. Het Planbureau voor de Leefomgeving schrijft dit rapport op verzoek van het kabinet eens in de twee jaar. De eerste versie van de ICER is begin 2021 verschenen. De ICER 2023 kwam tot stand in samenwerking met kennisinstellingen als het CBS, CPB, CML, RIVM, RVO, Rijkswaterstaat, TNO en de Universiteit Utrecht.
Relatief minder recycling
Om Nederland minder afhankelijk te maken van grondstoffen en om de milieu-impact van de Nederlandse economie te verminderen, wil het kabinet dat de economie in 2050 volledig circulair is. In zo’n kringloopeconomie worden zoveel mogelijk duurzame hernieuwbare grondstoffen gebruikt, worden producten en grondstoffen hergebruikt en bestaat er geen afval. Vooruitlopend op 2050 moet in 2030 het primaire grondstofgebruik al zijn gehalveerd. Dat wordt nog een hele opgave, gezien de stijging van het totale verbruik aan nieuwe materialen. Waar we vijftig jaar gelden nog 30 miljard ton aan nieuwe materialen uit de aarde haalden, is dat inmiddels gestegen tot 100 miljard ton. Absoluut gezien recyclen we meer dan ooit, maar relatief is dat minder geworden door de explosieve stijging van het gebruik van nieuwe materialen. De oorzaak hiervan ligt vooral in de bevolkingsgroei, maar ook doordat we per persoon meer verbruiken.
Minder grondstofverbruik na 2014
De totale hoeveelheid grondstoffen die in de Nederlandse economie wordt ingezet (exclusief gerecycled afval) neemt af. Deze bedroeg in 2020 359 miljard kilo ten opzichte van 390 miljard kilo in 2014. Dit is vooral toe te schrijven aan een lager gebruik van fossiele brandstoffen en niet-metaal mineralen. Ook de stikstofcrisis speelt hierin een rol omdat er minder gebouwd kon worden. Daarnaast had de coronacrisis de nodige invloed: door het thuiswerken was er minder woon-werkverkeer en liep het vliegverkeer fors terug. Omdat deze oorzaken van tijdelijke aard waren, is de daling van fossiele brandstoffengebruik mogelijk niet structureel.
Als we inzoomen op het hergebruik van grondstoffen, zien we dat niet-metaal mineralen, waaronder zand en grind, met 31 procent (2014: 29 procent) het vaakst werden hergebruikt. Het gaat hierbij onder meer om bouwafval, dat voornamelijk wordt gebruikt voor de ophoging van wegen.
Innovaties helpen
Op basis van de genoemde rapportages valt te concluderen dat we nog een lange weg hebben te gaan richting een circulaire economie. Het verschil wordt gemaakt wanneer ondernemers mogelijkheden zien in het meer circulair maken van hun eigen productieproces. Dat soort innovaties leveren een wezenlijke bijdrage. In eerste aanvang in kleine stappen, maar door de veelheid van deze initiatieven gaan we toch de goede kant op.
Meer weten?
Wij staan u graag terzijde als u plannen heeft voor een circulaire transitie. Wilt u eens van gedachten wisselen over de mogelijkheden? Neem contact op met Boudewijn Zuijderhoudt, consultant innovatie, via telefoonnummer 073-6465337 of stuur Boudewijn een e-mail.