Werkgever mag werknemer niet zomaar houden aan emotionele opzegging
Het gebeurt maar al te vaak dat een werknemer in een emotionele bui roept dat hij wil stoppen bij zijn werkgever. Uit een uitspraak van de rechtbank Gelderland blijkt dat de werkgever een werknemer niet zomaar mag houden aan zo’n besluit.
Volgens vaste jurisprudentie moet er sprake zijn van een duidelijke en ondubbelzinnige verklaring van de werknemer die opzegt en moet de werkgever nagaan of de werknemer bekend is met de nadelige gevolgen van de opzegging (onder meer geen recht op WW).
Uit de betreffende uitspraak volgt dat bovendien van een zorgvuldig werkgever mag worden verwacht ‘dat bij een (onverwachte) opzegging door de werknemer een bedenktermijn wordt gegeven, ook als de werknemer aangeeft dit niet nodig te vinden’.
De casus
Het ging in deze zaak om een doktersassistente die zich buitengesloten voelde, nadat de praktijk door een nieuwe eigenaar was overgenomen. In maart 2021 was de moeder van de assistente overleden en op het werk ervaarde zij dat er sinds de overname ‘eigenlijk alleen maar op eilandjes werd gewerkt’. Op 17 mei 2021 kwam zij erachter dat de rest van het team met een coachingtraject was begonnen. Op 18 mei ging zij huilend de kamer van de nieuwe eigenaar binnen en zei: ‘ik ga ontslag nemen, ik kan niet leven met het feit dat ik buiten het team wordt geplaatst’. Direct hierna leverde ze een briefje in met de tekst: ‘ik neem ontslag per 1 juli 2021’. De volgende dag bevestigde de werkgever de opzegging direct schriftelijk.
De doktersassistente kreeg spijt en liet op 21 mei 2021 weten dat zij de opzegging in een opwelling en emotionele toestand had genomen en dat zij een dergelijke beëindiging na een 23-jarig dienstverband feitelijk niet wilde.
De werkgever hield echter voet bij stuk en de doktersassistente werd gedwongen om de kantonrechter te verzoeken de opzegging van de arbeidsovereenkomst te vernietigen.
Goed werkgeverschap
De rechter oordeelt dat de werkgever de assistente niet mocht houden aan de opzegging, omdat zij op die dagen in haar gedrag duidelijk erg boos en verdrietig was omdat zij zich buitengesloten voelde. De werkgever mocht er dus niet vanuit gaan dat de uitingen van de assistente overeenkwamen met haar werkelijke wil. Hij had op grond van goed werkgeverschap een paar dagen rust en bedenktijd moeten geven, ook nadat de werkneemster in een emotionele toestand had geroepen dat zij dat niet nodig vond. De werkgever had haar tegen zichzelf in bescherming moeten nemen. De arbeidsovereenkomst en de salarisbetaling lopen dus gewoon door. De zaak is waarschijnlijk geschikt tegen een behoorlijk hoge vergoeding, te betalen door de werkgever.
Meer informatie of advies
ABAB Legal is graag van betekenis. Door kennis te delen, advies te geven en voor inzicht te zorgen. Bij een emotionele opzegging door een werknemer is het dus vaak toch verstandig om kortstondig juridisch advies in te winnen. Neem contact op met Geert Rouwet, jurist ondernemingsrecht, via telefoonnummer 013-4647219 of stuur Geert een e-mail.